Zuidmoerstraat, 129 wordt tijdelijk ingeruild voor Kasteelstraat, 8!

 Na een jaartje 6e Moderne bij de Broeders van O.L.Vrouw van Lourdes, Sint-Jozefstraat, 7, Oostakker werden de zes jaar Wetenschappelijke Humaniora verder afgewerkt bij het Bisschoppelijk College Sint-Vincentius, Zuidmoerstraat, 129, Eeklo.

Het is pas vanaf schooljaar 1976-77 dat men de zes klassen van de humaniora telt van 1ASO beginnend tot 6ASO, hiervoor deed men het net andersom!


Nu, dat afwerken verliep alles behalve van een leien dakje. Tot het laatste jaar ging alles vlot, maar dan bij het begin van het tweede trimester, dus na Nieuwjaar kreeg moeder een hersenbloeding waardoor ze verlamd het bed moest houden en met een goed beklante textielwinkel en vader die na uitputting van het ziekteverlof wegens hartinfarct verplicht op vervroegd pensioen was gestuurd, was het voor mij ondoenbaar, nog verder de lessen bij te wonen en bleef ik thuis om de boel te beredderen! Dat ik daardoor mijn humanioradiploma na zes jaar studie zou mislopen vond men in het college niet te verteren en dus kwam E.H De Schepper, E.H. Van Wassenhove en E.H. Soenen drie van mijn leraren op ziekenbezoek en tevens met het advies toch zeker het derde en laatste trimester vol te maken en de examens succesvol mee te doen, daar dit voor het ministerie een dwingende vereiste was. Na enig georganiseer lukte dit wonderwel, maar... dat dan zonder rekening te houden met de wet van Murphy! Toen de examenweek einde schooljaar amper was begonnen, ik had pas het eerste examen meegemaakt, moest ik dringend van school richting internist waar een appendicitis in kritieke fase werd vastgesteld. Meteen het H. Hartziekenhuis in en nog dezelfde dag was het wormvormig aanhangsel eruit en ik erin voor negen dagen op een kamer van vier. Wat inhield dat ik verder mijn examenagenda heb afgemaakt in bed, in de kliniek. Vandaar dat ik dan ook alle amicale eindecyclus evenementen bij het afsluiten van de humaniora heb gemist als daar waren het jaarlijkse bezoek aan de Brouwerij "Krüger", de afspraak op de Bierfeesten te Wieze, alsook de Plechtige Proclamatie of kortom het afscheid na zes jaar samen op de bank, van alle medeleerlingen en leraren. Mijn diploma klaar voor de homologatie heb ik bij ontslag uit het ziekenhuis gehandtekend op de sokkel van het H. Hartbeeld in de traphall van de kliniek.

Maar hoe moest het nu verder ? Bij het voren vermeld lerarenbezoek was dit reeds aangekaart, verdere studies van langere duur waren uit den boze, dus unief minimum vier jaar waren al uitgesloten. De kortste keuze was 2 jaar Regentaat en op voorwaarde dat dit aan de Bisschoppelijke Normaalschool van St. Niklaas zou zijn en niet aan de Rijksnormaalschool te Gent kon ik na de 2 jaar terugkeren om les te geven in het college. Als St. Niklaas werd gekozen moest ik wel op internaat wat wel een nadeel was en Gent kon dagelijks met de trein, een vriend des huizes Edgard Vandegenachte had de nodige contacten gelegd en documentatie voorzien. Maar de verzekering van werk en dit tevens in de nabijheid gaf de doorslag, ook al was er nog een aanbod van eveneens een vriend van de familie Pater Gaston De Mey benoemd in juli 1959 door het bisdom Mechelen tot rector van het Instituut Maria-ter-Heide van de zusters maristen te Polygoon-Brasschaat waar ik les zou kunnen geven. Het lag voor de hand welke keuze gemaakt zou worden, de Zuidmoerstraat werd ingeruild voor de Kasteelstraat!


Met ingang van schooljaar 1950-1951 werd door de Bisschoppelijke overheid de bestaande normaalschool voor onderwijzers aldaar uitgebreid met een middelbare normaalschool of regentaat gezien de ontwikkeling en de omvorming van het lager en middelbaar onderwijs. Men heeft een letterkundige en een wetenschappelijke sectie en de studie duurt twee jaar. Het vereiste diploma is dit van de lagere normaalschool (onderwijzer) of van de oude of moderne humaniora en de vereiste leeftijd 18 jaar. Men voorziet in een externaat naast een internaat waarvoor nieuw ingerichte persoonlijke gemeubileerde kamers met waterleiding en centrale verwarming worden aangeboden. Contact tussen de regenten en de normalisten was ten strengste verboden! Door groeiend succes werd later zelfs gebruik gemaakt van studentenkamers in de stad. Ook de lerarenopleiding en het lerarenberoep kenden niet alleen hoogtepunten maar ook toen al, crisissen van verminderde interesse, ooit was er een periode van ontrading door de overheid voor het volgen van pedagogisch onderwijs wegens overtalligheid en ook de latere fusies door rationalisatie en de reaffectaties deden hun duit in het zakje!

Op 26 mei 1957 volgt de inzegening van de nieuwe gebouwen van de regentenschool. Het regentaat omvat vanaf nu de afdelingen 1. Nederlands - Geschiedenis 2. Moderne talen 3. Wiskunde - Fysica 4. Wetenschappen - Aardrijkskunde.

Naar loffelijke gewoonte informeert het Ministerie van Onderwijs de scholen rijkelijk te laat en bij voorkeur dan nog tijdens het groot verlof, zo ook over de nieuwe afdelingen, zodat wij bij aankomst bij het begin van het nieuwe schooljaar in 1957 bij de openingszitting naast de verplichte nummertjes de onheilspellende mededeling te verwerken kregen dat onze keuze die wij hadden gemaakt bij inschrijving niet meer van tel was en we bij het verlaten van de zaal maar moesten aansluiten bij één van de vier nieuwe richtingen! Ik had bij inschrijving geopteerd voor de wetenschappelijke afdeling maar moest nu onvoorbereid op één twee drie beslissen wat te nemen. Ging dan maar mee met de meute voor wetenschappen - aardrijkskunde wat mij op het eerste zicht de gemakkelijkste leek! De rest van de voormiddag tot 12 uur bleven wij dan in dezelfde klas met de verantwoordelijke docent die de verdere administratie en formaliteiten afwerkte. Maar toen wij dan op weg waren naar onze kamer kwam ik in de gang E.H. Bockstaele tegen die mij nog herkende van toen hij leraar was in Eeklo en hij vroeg waarom ik niet zijn afdeling Wiskunde - Fysica gekozen had. Na enige minzame communicatie en het argument dat ik wiskunde van zijn opvolger in Eeklo, Roger (Soenen) had gekregen, wat een voldoende garantie was volgens hem, kwam de vriendelijke aanmaning : "En deze namiddag verwacht ik je in mijn cursus voor de verdere twee jaar!" Daar ik de ganse voormiddag E.H. De Witte die in 1975 hier nog directeur zou worden, aanhoort had over Aardrijkskunde; en die bovendien lispelde wat mij uitermate irriteerde, hield ik het voor bekeken en ging ik vanaf de namiddag resoluut voor Wiskunde - Fysica! En na twee jaar eindigde het tijdelijk verblijf in de Kasteelstraat te Sint-Niklaas en waren we terug op onze vertrouwde stek in de Zuidmoerstraat te Eeklo alwaar we zouden blijven tot einde loopbaan!

Lang nadat wij afgestudeerd waren in 1959 volgt in 1970 een eerste hervorming van de opleiding onderwijzer en regent onder de vlag Pedagogisch Hoger Onderwijs met een tweejarige opleiding na de humaniora.

In 1984 volgt dan een hervorming Pedagogisch Hoger Onderwijs waarbij de opleiding gebracht wordt op 3 jaar na de humaniora!

Tot het onderwijs in woelig vaarwater terecht komt en na een ware omwenteling in de scholenwereld de Bisschoppelijke Normaalschool in 1999 voorgoed de boeken sluit!

Aan drie docenten E.E.H.H. Paul Bockstaele, Roger Beirnaert en Jan De Beul zal ik steeds met dankbaarheid terugdenken en de beste herinneringen blijven bewaren!

E.H. Paul Bockstaele, de bedeesd ogende wetenschapper! 

Toen hij tussen 1947 en 1953 wiskundeleraar was aan het Sint-Vincentiuscollege van Eeklo noemden zijn leerlingen hem studentikoos maar respectvol Pietje Bockstaele, zonder nochtans afbreuk te doen aan de bewondering voor de immense kennis van deze uitzonderlijke man! Hij was het dus die mij aanzette te kiezen voor de richting Wiskunde-Fysica.


Paul Bockstaele werd geboren op 7 februari 1920 in Melle. Hij deed zijn Moderne Humaniora studies in het Sint-Amandsinstituut te Gent. Hij wou echter priester worden en studeerde aan het Groot Seminarie in Gent en werd op 16 april 1944 gewijd in de Sint-Baafskathedraal. Daarna studeerde hij wiskunde aan de Katholieke Universiteit Leuven waar hij in 1951 promoveerde tot doctor in de wiskunde. Daarna na zijn leraarschap in het Sint-Vincentiuscollege doceerde hij wiskunde aan de Bisschoppelijke Normaalschool tot hij in 1962 werd benoemd tot lector aan de Leuvense Universiteit waar in 1967 zijn benoeming volgt tot gewoon hoogleraar. In hetzelfde jaar werd hij ook benoemd tot kanunnik van het Sint-Baafskapittel te Gent.

Bockstaele was een vurig pleitbezorger van het gebruik van de geschiedenis der wiskunde in het onderwijs. Hij vond het ook belangrijk dat in het regentaat lessen wetenschappelijke teksten werden gegeven waarbij in het Frans, Nederlands of Duits belangrijke onderwerpen werden behandeld. Zelf publiceerde hij verschillende succesvolle uitgaven en wiskundeleerboeken die vol stonden met korte notities over beroemde wiskundigen uit vroegere eeuwen, geïllustreerd met hun foto! Het was trouwens deze specialisatie die hem bracht tot een academische carrière. Zijn spreekwoordelijke schuchterheid die eerder meer met heel veel bescheidenheid te maken had belette hem niet ettelijke wetenschappelijke vergaderingen en bijeenkomsten alsook congressen en heel dikwijls buitenlandse, bij te wonen. Ondanks een zekere zwijgzaamheid kon hij ook redelijk gevat uit de hoek komen, en dat hij het liefst vertoefde in zijn tamelijk brede wetenschappelijke werkveld zonder vreemde inmenging blijkt uit de niet mis te verstane slogan op zijn kamer : "Verspil Gods tijd niet!"

Hij overleed in Oud-Heverlee op 3 augustus 2009. De Belgische wetenschapsgeschiedenis verloor met hem één van haar meest vooraanstaande vertegenwoordigers en vurige pleitbezorgers!

E.H. Roger Beirnaert, de guitig uitziende pedagoog!

Roger Beirnaert werd geboren in Antwerpen op 21 november 1925 en werd gediplomeerd als onderwijzer in 1944 in de Normaalschool in Antwerpen waarna hij gedurende een jaar les gaf in de jongensschool van Beveren-Waas. Daarna volgde hij Filosofie aan het Klein-Seminarie te Sint-Niklaas en het Groot-Seminarie te Gent en werd priester gewijd op 1 april 1951. Hij studeerde van 1951 tot 1955 aan de KU te Leuven en behaalde het diploma van licentiaat in de Pedagogische Wetenschappen en Licentiaat in de Beroepsoriëntering en Selectie. Vanaf 1955 tot 1962 werd hij leraar Opvoedkunde aan de Bisschoppelijke Normaalschool te Sint-Niklaas waar hij in 1962 benoemd werd als directeur.


Vanaf 1964 wordt hij part time belast met de oprichting van het Pedagogisch Bureau van het Nationaal Secretariaat van het Katholiek Middelbaar en Normaalonderwijs en tevens benoemd tot diocesaan inspecteur opvoedkunde. In 1966 wordt hij tenslotte benoemd tot secretaris-generaal van het Pedagogisch Bureau van het Nationaal Secretariaat van het Katholiek Onderwijs van België.


Van zijn leraarschap in het regentaat herinner ik mij vooral zijn pedagogische gedrevenheid en zijn gevatte interpretatie bij de bespreking van het werk van N. Beets "De Grote Jongen" die voor ons verplichte lectuur was. En van zijn publicatie "Inleiding tot de Psychologie" in twee delen die hij met Van Hove en Verstuyf allen leraars Middelbare Normaalschool, op touw zette, waren we niet alleen proeflezers maar ook proefkonijnen waarbij hij de katernen naarmate ze klaar waren uittestte in zijn lessen!

Hij overleed te Zwijndrecht op 11 december 2003.

E.H. Jan De Beul, de eenvoudig gebleven bioloog!

Jan De Beul is geboren te Dendermonde op 17 december 1921 en studeerde af als Doctor in de biologische wetenschappen. Hij werd priester gewijd te Gent op 28 april 1946. Vanaf 14 augustus 1950 werd hij leraar benoemd aan het Sint-Maartensinstituut te Aalst en vanaf 24 augustus 1951 leraar biologie in de lagere en middelbare normaalschool te Sint-Niklaas. Op 2 september 1961 benoemd tot rector en leraar aan het Sint-Paulusseminarie te Drongen en tevens in 1961 kanunnik van Sint-Baafs te Gent. Op 26 juli 1965 werd hij rector van het Hoger Technisch Instituut Sint-Lievens te Gent.

Niettegenstaande zijn academische titel en de steeds hogere functies is hij altijd zichzelf gebleven. Hij had tevens een uitzonderlijk aanpassingsvermogen en het was zijn grootste genoegen met scherpzinnige en rake, maar nooit kwetsende, zinspelingen zijn vrienden te plagen en ze zo op hun spreekwoordelijk paard te zetten. Hij was steeds kalm maar altijd bezig. Als doctor in de biologische wetenschappen was hij uitzonderlijk competent. Zijn visie van de mens legde hij vast in zijn boek "Van cel tot mens" en zijn visionaire kijk op de wetenschap verwerkte hij in zijn radio-uitzendingen over biologie voor de 15 tot 18-jarigen. In zijn lessen Fysica trachtte hij ons door gerichte vraagstelling zelf de antwoorden te doen vinden voor de vele problemen en in het labo Fysica zette hij ons aan deze proefondervindelijk te verifiëren.

Hij had in de nieuwbouw voor het regentaat zijn kamer op de gang waar ik mijn kamer had wat inhield dat bij een onvoorziene afwezigheid verondersteld werd hem te verwittigen! Nu was het zo dat wij de zaterdagvoormiddag enkel didactische en praktische lessen hadden waarna wij naar huis konden. Toevallig moest ik dringend naar de dienst van het handelsregister te Gent die enkel in de voormiddag open was en om geen belangrijkere lessen te missen had ik er niet beter op gevonden dan zonder te verwittigen op zo een zaterdag eventjes te spijbelen! Ik dus naar Gent terwijl iemand met de nodige documenten van thuis uit mij daar zou treffen, onfortuinlijk genoeg was dat iemand van de andere kunne! Toen we in Gent even moesten wachten op een hoek bij het dwarsen van de straat kwam er, hoe bestaat het (?), een zwarte Volkswagen kever ingedraaid met aan het stuur E.H. Bockstaele vergezeld van nog drie priester-leraars die het blijkbaar allemaal goed hadden gezien! Toen ik de maandag in Sint-Niklaas kwam werd ik stante pede verwacht op het bureau van de directeur en vloog ik zonder verhaal onmiddellijk voor een week terug richting woonplaats! Toen ik E.H. De Beul ging verwittigen van mijn komende afwezigheid zei hij er spijt van te hebben dat ze er de zaterdagavond bij het avondeten in bijzijn van de directeur terloops hadden over gepraat, hij voegde er nog aan toe had hij geweten dat er gevolg zou aan gegeven worden had hij dit niet gedaan, en hij leek oprecht. Hij voegde er nog vaderlijk aan toe : "Trek het u niet aan daardoor hebt ge nog een extra week blok meer dan de anderen!". Had hij wroeging ? Op het mondeling examen even later gaf hij mij 50 fr. en vroeg voor hem een paar pakjes sigaretten te gaan halen om de hoek een straat verder en daarna werd de examenfiche verder succesvol afgewerkt! Hij was een verstokt roker!

E.H. De Beul overleed te Gent op 20 mei 1977.

Volledigheidshalve moet ik er minstens aan toevoegen dat deze priester-leraars zich op het menselijk pedagogische en het specifiek priesterlijke vlak even hard inzetten als voor hun wetenschappelijke verworvenheden. Allen droegen de priesterlijke dienstvaardigheid hoog in het vaandel!



Geen opmerkingen:

Een reactie posten