Sint-Laureins : Dat dorp van toen, het is voorbij...

Al wat er bleef voor jou en mij...

Een enkele zichtkaart en een vat vol herinneringen!

Waar wij vroeger, toen we op moeder aarde gedropt werden sneller leefden dan de tijd, loopt diezelfde tijd ons nu bij het ouder worden zelf voorbij. Een uur, een dag, een week, een jaar...ze worden steeds korter!  En waar de huidige generatie kampt met burn-outs vanwege het opgejaagde levensritme had men vroeger tijd zat en was het tempo aangepast aan de vredige rust van onze idyllische dorpjes. Iedereen kende iedereen en bij mooi weer vierde het sociaal contact hoogtij. Mobiele telefoon, smartphone, televisie, pc of andere digitale prularia zaten nog in een embryonaal stadium en waren onbestaande. Men zat gezellig met de buurt op straat te keuvelen terwijl de laatste nieuwtjes werden uitgewisseld, het ene al geloofwaardiger dan het andere!


Op Karelshoek aan het vroegere snoepwinkeltje van Lizaatje Vandevoorde en Theofiel De Kesel met de geburen op een rustige zondagnamiddag of een warme zomeravond. Liza, in de deuropening, was gestopt met het verkopen van zure matten, toverballen, zuurkes of vliegende schotels, negerzoenen, tsoepkes, drop, muiletrekkers, nonnenbillen, zoethout, dropveters, lekstokken allerhande en dies meer, voor één frank of twee frank en voor enkele kapitaalkrachtigen voor vijf of tien frank! Theofiel, met de pijp, daarentegen reed nog dagelijks op zijn duuzend gemak en op een rustgevend tempo, de weg naar 'Poleons' heen, voorzien van tabak en suiker, en terug met zijn beide fietszakken gevuld met Hollandse boter! Waar een goede verstandhouding met enkele kommiezen al niet goed voor is, alles ten bate van buren en kennissen!



Of aan de winkel van Marie-Alix en Rachelleken Vercraeye rechtover de kerk waar Albert en Achiel samen met Daniël Van Praet de rangschikking in de Ronde van Frankrijk analyseerden bijgestaan door Aimé Strymes die aanvulde met de duivenuitslagen, Pierke Van Holsbeke die commentaar gaf over de prijzen der patatten en Julien Immesoete die advies gaf inzake de laatste mode der heren- en damesschoenen met tussendoor tips voor het kweken van kanaries.

In die zalige tijd moest de jeugd nog niet van hot naar her gebracht worden voor de muziekles, sportclub of danslabo, verjaardagsfeestje of kunstevenement. De straat was hun domein en het veld en de weidse natuur hun habitat. De geborgenheid in een keuze van jongerengroepjes of serieuzere verenigingen vergrootte hun samenhorigheidsgevoel en beantwoordde hun drang naar avontuur.      Nog voor de televisie haar intrede had gedaan zat men al rond de radio voor de sportuitzendingen of wachtte men gewoon de verslagen in de krant af, of zat jong en oud aan het toestel gekluisterd voor AVRO's Bonte Dinsdagavondtrein met o.a. Snip en Snap, Rudi Carrell, Bob Scholte, Bobbejaan Schoepen of talrijke andere artiesten, of voor een luisterspel, of ook voor "Negen heit de klok" van de KRO. In eigen land was het soldaten halfuurtje een must, het zondagse opera en belcanto concert, en niet te vergeten de Inlichtingen voor duivenliefhebbers met de losplaatsen en de uren van het lossen waarbij vooral het monotone "Arras of Moeskroen of Breteuil - Wachten" op de zenuwen werkte! Het duivenpraatje van Pol Jacquemyns maakte dan weer veel goed.
Trouwens er waren het ganse jaar door wel heel wat verplichte nummertjes waarvan iedereen met een overvolle agenda ervan, er een hele kluif aan had. Zo had men steevast elk week-end de zondagse missen, keuze tussen de twee vroege of de hoogmis die iets plechtiger was, dus uiteraard ook iets langer duurde. Voor de duivenmelkers was de keuze wel snel gemaakt, enkel de vroegmis kwam in aanmerking! Het mocht dan nog geen speciale feestdag zijn of de voorganger mocht niet te zeer opgaan in zijn preek of het "iets langer duren" werd een rekbaar begrip. Voor wie er niet genoeg van kon krijgen was er de zondag nog de Vespers en het Lof. Het Lof, waarvan men tijdens de speciale maanden zoals H.Hart-maand en O.L.Vr.-maand, er elke avond eentje kon meepikken. Maar het aanbod van godsdienstige beleving bereikte zijn hoogtepunt tijdens de diensten van de jaarlijkse Goede Week, terwijl men naast de eventuele wekelijkse ontboezemingen in de biecht, aan de vriendelijke verplichting werd herinnerd minstens éénmaal per jaar schoon schip te maken! Uiteraard was er ook op gewone weekdagen de mogelijkheid mis te volgen, er waren toendertijd naast de pastoor nog twee onderpastoors ter beschikking, want men kon nog voldoende vissen in de vijver van de talloze roepingen. Op geregelde tijdstippen deed zo een uitverkorene dan ook zijn Eremis wat met een groots feest en uitgebreide stoet door de ganse parochie meebeleefd werd. Het ganse dorp was bevlagd en versierd en menige "arc" was opgericht met godsvruchtige spreuken in sierlijke letters!



Zoals hierboven aan de ingang der kerk bij de Eremis van E.H. Hendrik Verwilst die zijn loopbaan van onderwijzer inruilde voor het priesterschap.
In elk geval kwam eenieder met een speciale intentie of een onstuitbare drang dan ook voldoende aan zijn trekken, met daarnaast een ruime keuze aan een uitgebreid gamma van huwelijksmissen, begrafenissen, en eventueel in voorkomend geval een noveen, zending of één of andere bedevaart en dergelijke! Het ene had al meer succes of hogere kijkcijfers dan het andere!
Bovendien zorgde de schare uitgezonden geestelijken, zowel reguliere als seculiere, voor een surplus aan missen als ze op bezoek kwamen op het thuisfront. Het gebeurde niet zelden, daar ik kan terugblikken op een omvangrijke loopbaan als misdienaar en we naast de ingang der kerk woonden, dat ik door een plichtsgetrouwe eerwaarde gevorderd werd om te assisteren op een zijaltaar in ons gebedshuis bij zijn obligatoire dagelijkse mis!
Voor de rest kon men zijn zondag vullen met zalig niets doen, een fietstochtje maken, zijn sociale contacten aanscherpen, in den binnen aan de voordeur op straat, op den buiten op een bankje onder de notelaar op het erf, met een bezoekje aan de familie, aan het stamcafé, met een afspraak met één van de vele dorpskermissen, café- of wijkkermissen of met een Vlaamse Kermis in de hovingen van een gezette burger.
De volwassenen hadden bovendien een hele waaier evenementen op poten gezet om na hard labeur stoom af te blazen. Mede door de inzet van de geestelijkheid werd in vroege tijden een stimulans gegeven aan het oprichten van verenigingen, vandaar dat ze veelal sterk religieus geïnspireerd waren. Reeds vóór 1500 bestonden te Sint-Laureins reeds gilden en broederschappen zoals de Ghilde van mijnen Heere St. Lauwereins of de Gilde van Sint-Sebastiaan, een handboogvereniging gevestigd in "Het Schuttershof" die haar grootste bloei kende rond 1774, ze was het uitgangspunt van vroomheid en gezonde ontspanning, werd ontbonden door de Franse Revolutie en al haar "geestelijke en wereldlijke bezittingen" werden aangeslagen en verbeurdverklaard.
Broederschappen waren nog meer godsdienstig en kerkelijk geïnspireerd dan de gilden en andere verenigingen. Ze beoogden vooral het eeuwig heil van hun leden, alhoewel ook zij aan het cultureel en ontspanningsleven deelnamen. Zo bestonden in Sint-Laureins de Broederschap van O.L.Vrouw, maar ook die van de H. Anna, die van de Zoete Naam Jezus, die van de H. Laurentius en die van de H. Rozenkrans. Ook bestond het Genootschap van de H. Vincentius à Paulo en vanaf 1900 de Xaverianen of meestal de Ciesen genoemd, die jaarlijks een Muziekfeest maar ook toneelopvoeringen inrichtten. Regelmatig namen ze ook deel aan festiviteiten in de omliggende parochies. Heden kan men in de kerk aan de eerste brede pilaar rechts nog het sierlijke bord met de namen der leden raadplegen!
Gestimuleerd door de onderpastoors, die dan ook deel uitmaakten van het bestuur, werden in de loop der 19e eeuw ook de Verkensverzekering "St. Antoniusgilde", de Geitenbond "Wie laatst lacht, best lacht", maar ook een Matigingsbond, opgericht!
Daarnaast had men, hoe kan het ook anders, de tijdloze uitspattingen, braspartijen en gevechten, maar ging men stilaan verder met meer profane bezigheden en raakten de extreem religieuze verzetjes meer en meer op de achtergrond, alhoewel het in Sente nogal lang zou duren!


                                            De Eucharistische Kruistocht rond het jaar 1930.
Ook in Sint-Laureins was er een actieve E.K.-vereniging. Hun vurig (!) optreden voor het geloof noemden ze kruistocht. Hun strijdlied luidde: "In dichte drommen staat, o Heer, uw kruisleger bereid!" Het weekblad Zonneland kaderde in de E.K.-beweging. Na de tweede wereldoorlog richtte de Eucharistische Kruistocht zich ook naar de volwassenen en de gezinnen

Er bestond een Kamer van Rederijkers, in de loop der 19e eeuw werd een muziekmaatschappij opgericht nu en dan met wisselend succes, een wielerclub, boogschuttersverenigingen, toneel- en zangverenigingen, rondreizende spektakels, circussen en sociëteiten allerhande, tot ook de cinema zijn intrede deed.

Hier zien we de biebond voor een leerrijk bezoek bij Raymond Van Vooren (Taf de Lapper) en zijn vader, in de Goochelare.


Nadat de fiets zijn intrede had gedaan richtten Alphonse en diens zuster Louise Longueville hun rijwielfabriek "Prima" op en legden achter de afspanning "St.Hubertus" van hun ouders Johannes en Maria Strymes een rijwielbaan aan om hun klanten te leren fietsen. In Sint-Laureins was men er dan ook als de kippen bij om een wielerclub te stichten, veloclub "De Pedaalkring"


Helaas hadden Alfons en zijn zuster Louise Longueville geen opvolgers en nadat Alfons heel wat inwonende knechten de stiel had geleerd, o.a. van Sint-Laureins Jules Van Damme, Julien Matthijs, Lucien Van Hecke, Cyriel Debbaut, Alfons Van De Kerckhove,...waarvan enkele zich later zelf als zelfstandige fietsenmaker plaatsten, gooide hij het over een andere boeg en installeerde hij in zijn ter ziele gegane fietsenfabriek "Prima" een cinemazaal "De Pluim". Bij zijn vele zakenreizen naar het buitenland had hij gemerkt dat het nieuwe medium aan een felle opmars bezig was, ferm tegen de zin van de kerk! Ook in Sint-Laureins zagen de behoeders van de goede zeden in de godsvruchtige parochie de opkomst van de cinema met lede ogen aan. Ook al bestond de hoofdmoot der films uit de belevenissen van Laurel en Hardy of Charly Chaplin en dergelijke, toch ging de clerus genadeloos de concurrentiestrijd aan met wat zij verketterden als de "onzedige vertoningen" in decadente zalen (!) en richtten, O ironie, zelf een filmclub op die zogezegd goedgekeurde films draaide in de parochiezaal! Het resultaat liet niet lang op zich wachten, op korte termijn stierven beide initiatieven een stille dood!

Niet alleen de toneelopvoeringen van de Xaverianen werden druk bijgewoond, maar ook naburige toneelgroepen, ook van over de grens kwamen op bezoek en uiteraard werd ook een plaatselijke toneelvereniging opgericht. Hierbij een foto van een voorstelling uit 1910.


En tot slot een beeld uit een latere periode, eind 20e eeuw, van enkele zeer actieve leden van de boogschuttersvereniging die haar lokaal had in café "In de Vriendenkring" bij Jules Van Damme. De vele wedstrijden werden steeds druk bijgewoond.



En toen kwamen we steeds dichter bij de eeuwwisseling. Wanneer het jaar 2000 in zicht kwam nam de zenuwachtigheid halsoverkop toe, men voorspelde de totale chaos! Alle ondertussen uitgevonden spitstechnologie zou tilt slaan, moderne apparatuur die gebruik maakte van datering zou crashen! Tot grote opluchting, niets van dat alles dus. We zijn ondertussen bijna ongemerkt reeds twee decennia verder en het enige dat zich stilaan tegen ons keert, is de razendsnelle technische ontwikkeling op een steeds kortere termijn, waardoor we resoluut met onze neus op de realiteit gedrukt worden: vroeger (?) het is voorgoed voorbij!














.











Geen opmerkingen:

Een reactie posten