Sint-Laureins, Leemweg of Gouvernementstraat in de 19e eeuw



Tot in 1796 vormden Maldegem, Adegem en Sint Laureins samen het “Ambacht Maldegem”, vandaar dat er ook een aantal schepenen uit Sint Laureins afgevaardigd waren om de vergaderingen in Maldegem bij te wonen en deel uit te maken van de Vierschaar, een eigen en afzonderlijke rechtsmacht voor het oplossen van geschillen. En zo behoorde ook Sint Laureins tot het ambtsgebied van het Brugse Vrije. Slechts onder de Franse overheersing werd Sint Laureins burgerlijk onafhankelijk van Maldegem.

Sint Laureins kende ten tijde van Keizer Karel drie belangrijke straten: De Vlamingstraat, toen kortweg Kerkweg genoemd, met 12 hoeven waarvan alle grote eigenaars in de Vlamingstraat in Brugge woonden, de chique straat van Sint Laureins. De Goochelaarstraat, één der schoonste en welvarendste straten in de 16e eeuw, en tevens een snelle verbindingsweg tussen Gent en Brugge, waarvan alle grote hofsteden door de gereformeerden vernietigd werden gedurende de godsdienstoorlogen eind 1600. Geheel de Goochelaar werd platgebrand en de bewoners uitgemoord. En tenslotte de Dorpsstraat of de historische Brieversweg van Sint Laureins langsheen de abdij van Zoetendale over Moerkerke naar Sint Kruis bij Brugge, waarlangs ook de zieken werden vervoerd naar het Sint Jans hospitaal.De Brieversweg, de historische weg van Sint-Laureins naar Brugge waarlangs op een uur gaans, drie abdijen stonden : Spermalie, Sarepta en Zoetendale is al sinds 400 jaar zijn belang verloren door verwoesting der abdij van Zoetendale en later het afbreken van de Nachtegaalbrugge tussen Stroobrug en Leestjes nabij het Middelburgs Vaardeken. Ook door de verzanding van het Zwin, dat op zijn beurt de verzanding van het Leiken of De Lieve meebracht 500 jaar geleden en daarna door de godsdienstvervolging die de abdijen en het stadje Middelburg vernielde en uiteindelijk door de scheiding tussen het eigenlijk Vlaanderen en Zeeuws Vlaanderen en het verval van Sluis, Aardenburg en Damme.
Daar men in hogergenoemde straten hoofdzakelijk hofsteden tegenkomt, ook in wat nu heet de Leemweg, en daarentegen in het gebied rond wat nu uit Moershoofde, Middeldorpe en Oosthoek bestaat,toen vooral een dichtere bewoning ziet, en mede door het gericht zijn op Maldegem en Brugge, is het zeer verleidelijk te veronderstellen dat het zwaartepunt van onze gemeente zich vroeger daar heeft gesitueerd. Naast nog bestaande zoals Vuilpan vinden we daar bijvoorbeeld ook de in onbruik geraakte namen Kleppershol en Bertelsdorpe of nog De Dood en Het Luizenkerkhof.


Toen de grens met Nederland gesloten werd mede door het graven van het Leopoldskanaal, oorspronkelijk Het Kanaal van Selsaete, van 1846 tot 1848 dat a.h.w. een natuurlijke grens vormde en een deel van Sint Laureins afsneed, raakte de eeuwenoude verbinding met Maldegem en zekerlijk met Brugge in onbruik. Hierdoor en door de afscheiding van Maldegem welke ook een administratieve omschakeling met zich bracht werd het voortaan Sint Laureins bij Eeklo in plaats van het vroegere Sint Laureins boven Maldeghem ! Met als gevolg dat het belang van de Leemweg toenam ! Tot dan ook eenvoudig Kerkweg genoemd, kreeg deze straat waarschijnlijk van rond 1830 de naam Gouvernementstraat. Geleidelijk verdwenen de hofsteden en werden vervangen door rechts en links schone gebouwen, ware lusthoven en kwamen administratie en ambtenaren zich hier vestigen. De Leemweg werd tevens de enige “vluchtweg” naar de bewoonde wereld !!
De twee hofsteden tussen Brieversweg en Rommelsweg werden afgebroken en op grond van Edward Hoste vooraan de straat kwamen de gemeenteschool rond 1860 die in 1897 nog veranderingen onderging en daarnaast de nieuwe pastorij in 1884 gebouwd voor Leopold Huyghe en Georgina De Curte voor 18.000 frs en aangekocht door Pastoor De Swaef voor 16.000 frs die er in 1891 zijn intrek nam met de goedkeuring van de Bisschop van Gent.
Daartegenover bevond zich “Het Motje” het oud Secretariaat  op wiens hoogkamer de archieven van Sint Laureins werden bewaard !
Iets verder kocht Viktor Taelman, notaris, van Mobelus in 1888 een stuk grond en bouwde in 1889 hier een prachtige woning met lusttuin. Het domein genoemd “Dennenhof” bevatte naast de villa (veel later wasserij) een aanbouw dienstig voor de bediendenvertrekken die later als aparte woning verkocht werd en een grote hof die verdween voor het bouwen der melkerij. Enkel de villa Taelman rest nog in zijn oorspronkelijke staat, een stukje erfgoed om te koesteren, of niet soms ?


Hierboven Villa Dennenhof gebouwd door notaris Taelman , wiens dochter Alice huwde met advocaat Jos Ingels welke tijdens WO I waarnemend burgemeester was te Sint-Laureins van 1914 tot 1919 maar daarvoor reeds schepen in de gemeenteraad en dus de daaropvolgende bewoners. Daarna werd de villa bewoond door de familie van notaris Honoré Verstrynge gehuwd met Julie De Sutter dochter van burgemeester Leopold De Sutter. Momenteel is de villa eigendom van de familie Gerard Buysse - Bossuyt die er een wasserij uitbaatte tot 2002.

Aan de overkant had ondertussen Frans Huyghe gehuwd met Thomaes Felicitas rond 1835 de “eerste en schoonste villa met lusthof” gebouwd. Frans was de zevende burgemeester van Sint Laureins en tevens kerkmeester, voorzitter en ontvanger van de kerkfabriek. Op een gedeelte van het domein genoemd “Lindenhof” werd later, ten tijde van Dokter August Van Damme een dokterswoning opgetrokken voor zijn zoon en nog later verkocht, maar het overblijvende deel met woning werd onlangs deskundig gerestaureerd. Het was Frans Huyghe die in 1856 de toelating bekomt de steenweg naar Balgerhoeke aan te leggen, om Sint Laureins gemakkelijker in verbinding te brengen met de rest van de wereld. De gemeente staat aan concessionaris Huyghe al haar rechten af van eigendom. Vandaar dat er toen op deze weg barelen werden geplaatst. Wie van de doortocht gebruik wou maken, moest een soort belasting betalen aan de Heer Huyghe. Een weinig verder dan de  “Matraswolwasscherij en Billartmakerij” van Viktor Gernaey – Claeys (onlangs afgebroken en vervangen door een nieuwbouw) voorbij de Rommelsweg, werd een woning gebouwd in 1896 door Huyghe Leopold voor Henri Verbeke – Bollaert de herberg “In het Veldzicht”. Hier bevond zich een “houten kot” dat dienst deed voor bareel. Elke voorbijrijdende wagen diende 60 centiem te betalen.
Even verderop had men dan ook nog het huis Hoste waarbij eveneens als bij de voorgaande later gedeelten uit het domein werden verkocht.

Het binnenkomen van Sint Laureins was dus zeer aantrekkelijk, rechts en links mooie gebouwen, veel groen, ware lusthoven, maar zoals Victor De Lille, opsteller en uitgever van ’t Getrouwe Maldeghem, schrijft over Sint Laureins in zijn reeks “Vlaanderen in Beeld en Schrift”: “in de straat van de kerk gekomen biedt de gemeente, buiten een tamelijk wel gevulde rij huizen, die van hier naar de vaart leidt, niets merkwaardigs aan ! Maar bevoordeeligd door een net kalsijwegen naar al de omliggende gemeenten is Sint Laureins geroepen om dagelijks aan te groeien.”. Van ver wekt de aanblik van het dorp langs weerszijden van de Gouvernementstraat een gans verschillende indruk op: rechts de vierkante kerktoren met zijn kort afgesneden kap, getuige van eeuwen vervolging en lijden; links de koepel van het godshuis, dat in zijn weelderige bouwtrant getuigenis aflegt hoe liefdadigheid met de bloei van de onafhankelijkheid hand in hand is gegaan.
Aan het begin der Gouvernementstraat op de hoek met de Brieversweg stond ooit de oude pastorij die werd afgebroken en pas in 1902 werd hier het nieuwe gemeentehuis gebouwd. De uitslag der openbare aanbesteding op 23.06.1901 gaf als resultaat R. Heene Eecloo 34.500 frs. Het was een project dat veel bijdroeg tot verfraaiing der gemeente, daar de voorhof der oude pastorij, juist op de hoek der straat liggend, bestemd werd tot openbare markt. Pastoor De Swaef had reeds geklaagd dat Sint Laureins nergens een plaats had voor openbare festiviteiten en reeds in 1872 hadden kooplieden en landbouwers een petitie ingediend bij het gemeentebestuur voor het inrichten van een wekelijkse markt van boter, eieren, varkens en gevogelte, alsook voor graan, zaden en andere droge vruchten op staal en voor een jaarlijkse vee- en paardenmarkt.
In elk geval weten we dat de koebeesten en varkens aangeslagen door de douane, met name de vliegende brigade van Sint Laureins, bij het smokkelen dat zeer in zwang was, publiek verkocht werden op de markt te Sint Laureins, alwaar ze niet zelden werden teruggekocht door de smokkelaars zelf.


Aan het einde dan van de Gouvernementstraat waar die overgaat in de huidige Sint Laureinsesteenweg op het kruispunt met de Grote Boterhoek kwam dan in 1856 de tweede bareel aan de herberg “De Swaen” bij Verzuyt Jan opgevolgd door Verheecke Pieter gehuwd met een dochter Verzuyt. Deze herberg werd toen eigendom van burgemeester Huyghe van Sint Laureins. Dra veranderde de naam in “In de Barrière” bij Verheecke Charles en De Wispelaere Prudence, die het pand prompt terugkochten van Huyghe.
Waar de Boterhoek voor 200 jaar volledig op Sint Laureins lag is dat in het begin van de 19e eeuw gewijzigd. Men nam toen de bestaande wegen als gemeentegrenzen: ten westen en zuiden van de straat werd Adegems grondgebied. Bij het aanleggen van de Gouvernementstraat in 1856 werd de ligging der baan die Sint Laureins verbond met Balgerhoeke enigszins gewijzigd,  waar  die oorspronkelijk achter de huidige woning liep verlegde men die naar wat nu de voorkant is. Wat nu de voorgevel is was destijds de achtergevel. De herberg bleef ten zuiden van het kruispunt maar lag nu ten oosten van de baan. Voor aandachtige autochtonen die zoals ik duizenden keren die belangrijkste uitvalsweg, hetzij voor school, voor het werk, ziekenhuisbezoek, marktbezoek of gewoon voor een uitstapje in de rest van de wereld nemen is die ingreep nog steeds zichtbaar aan de onrealistische vorm der tuin die in de richting van Balgerhoeke op een zeer smalle tip uitloopt !
Uiteindelijk zijn op 13 sept. 1909 de bareelrechten afgeschaft en de barelen verdwenen doordat de Staat de baan heeft overgenomen. Tientallen jaren had de toenmalige volksvertegenwoordiger M. Verhaegen hiervoor geijverd en hij laat weten in 1908 : “Het ministerie van openbare werken schrijft mij dat het komt voor te stellen aan de familie Huyghe 60.000 frs voor den steenweg Sint Laureins – Balgerhoeke, daarbij 28.000 frs voor de bomen en het recht van aanplanting, te samen 88.000 frs.” Voorwaar een fiks bedrag als U weet dat men toen voor een  “nieuwen automobiel” 1200 frs en voor een “ijzeren paard” oftewel een velo 150 frs vroeg !

Er heeft op de Boterhoek sinds mensenheugnis steeds een herberg gestaan en dit tot in de 20e eeuw. De laatste herbergiers waren Alois Notteboom – Leonie Van Vooren in café “ De Boterhoek” waar niet alleen de veekoopmans uit de streek bij het zakendoen hun dorst kwamen lessen. Hoe ze het zo goed konden timen is voor mij tot heden nog steeds een raadsel maar de “bodes” of facteurs van Eeklo, Adegem en Sint Laureins slaagden er eertijds steeds weer in op hetzelfde ogenblik tijdens hun dienst, mekaar toevallig te treffen in het café op het “drielandenpunt” van Sint Laureins ! Hoe dikwijls heb ik, toen ik mijn vader, die brievenbesteller was, mocht helpen in het verlof of de zaterdag, “schamoteur” Verlinde niet bezig gezien met zijn trucs in het café bij Marina. Het was van hem toch dat goochelaar De Vlieger de stiel geleerd heeft, of vergis ik mij ?
Tot slot volgende bedenking : Het zou hoe dan ook een grote blaam zijn voor het hedendaagse beleid indien zij niet al het mogelijke zouden gedaan hebben om bij de omvorming van de Expressweg naar autostrade de levensbelangrijke uitvalsweg van Sint Laureins zijn natuurlijke rol te laten spelen als enige historisch gegroeide toegangspoort naar de rest van de wereld ! Zij zijn het schatplichtig aan hun voorgangers !!

Raymond Strymes.      

1 opmerking:

  1. Beste heer Strymes,
    Hebt u een idee welke familie er woonde in een boerderij op de Boterhoek eind 19° eeuw? Is het mogelijk dat dit telgen waren van de familie van dr. August Van Damme?
    Vriendelijke groeten,
    Henk Van Hootegem, Koersel

    BeantwoordenVerwijderen