Sint-Vincentiuscollege : Herinneringen E.H. Irenee Van Wassenhove alias de Was.

Het was in onze collegetijd gemeengoed bij de studenten als men onder elkaar over de leraren sprak, gebruik te maken van hun zogeheten "bijnaam". Dit was helemaal niet denigrerend bedoeld, men zou het eerder kunnen onderbrengen bij de categorie studentikoze geneugten, maar het was wel in vele gevallen, niet alle, zeer typerend voor hun persoon ! Dit gebruik was zo normaal dat nieuwe leerlingen in hun eerste jaar soms, onwetend als ze waren, het te goeder trouw aandurfden, de eerwaarde heren aan te spreken met die bijnaam. Leken waren toen eerder witte raven tussen het hele aantredende korps met zwarte soutane en Romeinse boord ! Ze werden ook meestal, meer respectvol aangesproken met Mijnheer de Professor.
Eén van die gekende figuren was E.H. Irenee Van Wassenhove, voor velen de priester en trouwe vriend die men graag zag komen. Je ziet hem op onderstaande foto zittend op de eerste rij, tweede van links.


Geboren te Baarle-Drongen in 1917 was hij ook leerling van het Sint-Vincentiuscollege te Eeklo en daar later van 1944 tot 1957 zelf leraar. Als zondagsonderpastoor trok hij toen lange tijd elke week naar Lembeke en van 1957 tot 1965 was hij onderpastoor op de grote parochie van Gent Sint-Pieters. In 1965 werd hij benoemd tot pastoor te Iddergem in het dekenaat Ninove, waar op 10.10.1968 de begrafenisplechtigheid plaats had in aanwezigheid van vele priesters, talrijke parochianen en een hele schare vrienden. Hij was amper 51 jaar, nu rust hij in zijn geliefde Baarle-Drongen, dat in zijn gesprekken steeds terugkeerde.
Hij woekerde met zijn vele en verschillende gaven, wist verbazend veel over wetenschappen en techniek en was vaak bezig met ingenieus knutselwerk, maar het beste kennen wij hem van zijn boeiende lessen Engels, Duits en Nederlands. Hij leidde ons langs "the shortest way" naar het Engels en ook het Duits was met hem "überhaupt nicht schwer" en in de lessen Nederlands verklankten wij met hem Iris van Jacques Perk als "Ik ben geboren in Appeldoorn en mijn zuster in Zierikzee...". Hij dweepte met Moederken van Gezelle, dat hij ons liet smaken in verschillende vertalingen, en liet ons genieten van zijn geliefde "Wolgalied" of het nieuws van de BBC, met behulp van zijn aftandse bandopnemer.
Ik zie hem nog staan voor de klas, fier, robuust maar immer bezadigd, hoewel hij liever achter zijn pupiter zat ! Hij straalde rust uit, vooral dan na de middagpauze en hoe hij ooit aan die gebroken arm kwam tijdens het schooljaar was niet te begrijpen. Toch stond hij erop zich te verrechtvaardigen : "Stom toeval, kan iedereen overkomen. Mijn vriend valschermspringer met talrijke sprongen, kroop ooit eens op een stoel om zijn klok op te winden, viel en brak zijn arm. Zo zie je maar !"
Iedereen van ons kreeg wel eens zijn geliefde koosnaampje, het vaderlijke "brulaap" naar het hoofd geslingerd en we werden verondersteld tevreden te tuinieren in onze knollentuin, met evenveel taalgevoel als een ajuin, één van zijn geliefde uitdrukkingen !
Desondanks had Wordsworths "The Rainbow" geen geheimen voor ons, "The last rose of summer" van Thomas Moore of Keats met "A thing of beauty is a joy for ever" waren even zovele mooie momenten, en we hebben hele passages uit het hoofd geleerd uit Hamlet "To be or not to be..." of Mark Anthony's oration : "Friends, Romans, countrymen, lend me your ears...".
Nog het meest was hij in zijn element bij de ballade van Goethe's Erlkönig : "Wer reitet so spät durch Nacht und Wind...". Noch "Der König in Thule", noch "Iphigenie auf Tauris" waren ons vreemd. We denken met weemoed terug aan Die Lorelei van Heinrich Heine : "Ich weiss nicht, was soll es bedeuten, dass ich so traurig bin. Ein Märchen aus alten Zeiten, das komt mir nicht aus dem Sinn !"
Sommige Nederlandse Middeleeuwse teksten, zoals " Dat hi min wijf hevet verhoert ende mine kindre beseekede..." of bij Vondel "Zo draait de wereldkloot" deden het altijd slaperig uitziend breed voorhoofd van onze Irenee in zware rimpels samentrekken, maar dit laatste gebeurde wel eens meer en bij voorkeur in de namiddag, wat bij ons trouwens tamelijk aanstekelijk werkte, zeker op warme zomerse dagen ! We hoorden de zee in de verzen van Willem Kloos : "De zee, de zee klotst voort in eindeloze deining..." en we verdiepten ons in Gorter's Mei.
E.H. Irenee Van Wassenhove was ook onze klastitularis van het laatste jaar, en toen was het nog de gewoonte dat op het naamfeest van een titularis geen les werd gegeven. De leerlingen legden samen voor een presentje om hun dankbaarheid te betuigen aan hun klasleraar en de ganse dag werd voorgelezen uit een boek of werd geluisterd naar klassieke muziek of werd voorzien in een andere zinvolle tijdsbesteding. Het bord werd de avond ervoor volgetekend voor de heuglijke dag, zoals je op bijgaande foto uit 1957 kunt zien.


                                             Es geht alles vorüber, helaas
                                             H. IRENEUS
                                             Maar de herinnering blijft !
En daar het ons laatste jaar in het college was : TOT KIJK  VAARWEL !

Ook al ging alles niet altijd naar ieders zin, wij houden er een dankbare herinnering aan over !

Geen opmerkingen:

Een reactie posten