Sint-Laureins : Die goeie ouwe radio.

 Men spreekt vaak over uitvindingen of gebeurtenissen uit het verleden waarbij we het gevoel krijgen dat ze immens ver terug in de tijd liggen, tot we ons realiseren dat alles zeer relatief is. Neem nu die goeie ouwe getrouwe radio. Die maakte pas furore in de eeuw waarin wij leefden!

In het begin werd radio alleen gebruikt als middel om morsesignalen uit te zenden maar door de uitvinding van de elektronenbuis in 1906 werd ook spraak en muziek mogelijk. Geïnspireerd door de legendarische boeken "Jongens en Wetenschap" zullen sommige jonge uitvinders in spe wel, met veel of weinig succes, geprobeerd hebben een kristalontvangertje ineen te knutselen. In België had de eerste radio-uitzending plaats in 1914 die beluisterd werd dank zij zo'n kristalontvanger waarbij een hoofdtelefoon nodig was! Het was pas na de uitvinding van de elektronenbuis, door de mensen kortweg een buis of een lamp genoemd dat door versterking een luidspreker dit overnam. Het is dan in 1931 dat het NIR, het Nationaal Instituut voor de Radio-omroep van start ging. Ondertussen had het radiotoestel een hele evolutie doorgemaakt, daar waar de eerste toestellen bij warme dagen 's avonds een licht gekraak te horen gaven en de uitzendingen niet fijn genoeg konden afgescheiden worden, werd in 1923 op tentoonstellingen bij de nieuwigheden uit de mekanieke wereld reeds een draagbaar ontvangtoestel voorgesteld waarbij de juffrouw op het hoofd een lichte antenne of spinnenweb van koperdraad draagt om de "hertz-golvingen" op te vangen! Het vermogen van de zenders was trouwens van bij de aanvang onvoldoende voor een goede ontvangst over heel het land.

Toen ik in 1938 het levenslicht zag hadden wij thuis reeds een radiotoestel, wat helemaal niet zo vanzelfsprekend was, daar zelfs een groot deel van het dorp nog niet was aangesloten op het elektriciteitsnet. Het was een "SABA" in een zwart bakelieten kast, en om het in moderne printer-taal te omschrijven niet een liggend, maar staand model, en met lampen. 


Deze was verbonden met een antenne, een zinken draad gespannen tussen twee ijzeren T-vormige  staven vastgemaakt aan de twee puntgevels van een stal en via een metalen draad in huis gebracht tot bij de ontvanger. Zonder buitenantenne geen klank! Om bij te dragen in de kosten voor de radio-uitzendingen voerde de Staat dan maar de radiotaks in, elke bezitter van een lampenradio moest jaarlijks, een voor die tijd hoge taks van 60 frank betalen en 20 frank voor een kristalontvanger. Goed voor vadertje Staat en meteen een gedetailleerd overzicht van alle eigenaars.

Na de inval van de Duitse Wehrmacht in Polen in 1939 werd in 1940 ook België aangevallen en ingenomen. Al kort vanaf de inval in België vordert de Duitse Wehrmacht radiotoestellen bij de lokale handelaren voor de eigen officieren. De militaire bevelhebber in België vaardigt een verordening uit met een verbod te luisteren naar Engelse zenders op straffe van represailles. De bezetter neemt al gauw de zeggenschap over de uitzendingen zelf in handen en de opruiende propaganda en Duitse marsmuziek nemen allengs de overhand, in harmonie met de op de kasseien voorbij marcherende pelotons onder het zingen van "Alte Kameraden" afgewisseld met "Erika".

Toen wij in Sint-Marguerite rond 43-44 in het oog van de storm terecht kwamen werden we geëvacueerd waarbij we onze vertrouwde woonst open moesten achterlaten, deze moest toegankelijk blijven voor de Duitse officier die op bevel bij ons was ingekwartierd. Weigeren was onmogelijk want dit werd streng bestraft! Enige troost, onze ouwe trouwe radio zou niet gestolen worden tijdens onze afwezigheid, hij moest op bevel van de bezetter in april 1944 reeds ingeleverd worden op het gemeentehuis voorzien van een label met daarop naam en adres van de eigenaar en alle technische specificaties van het toestel. Ik denk nog vaak terug aan het laatste deuntje dat weliswaar met wat gekraak onze woonkamer nog een laatste beetje troost schonk vooraleer wij afscheid moesten nemen zonder te weten wat ons nog te wachten stond! "Lili Marleen" was de begintune voor de start van heel wat angst en miserie die nazi-Duitsland ons ongevraagd cadeau gaf! Na de bevrijding in september mochten wij ons kostbaar bezit terug afhalen, hij was gelukkig nog in goede staat, wat niet kan gezegd worden van alle andere zaken die in onze  verlaten woning waren achtergebleven! Sommige zagen we nog jaren later terug bij wat wij dachten goede buren te zijn.

Na WO II ging ook op audiogebied de ontwikkeling met een rotvaart vooruit, de radio nam uiterlijk allerlei vormen aan, het materiaal veranderde met regelmaat, hout, nieuw ontwikkelde kunststoffen en alles in alle kleuren van de regenboog, naast de enorme evolutie van de techniek. Een buitenantenne was niet langer onmisbaar en de ontwikkeling van de transistor in 1947 zorgde ervoor dat alles kleiner kon en minder energie eiste. Maar daar komt geen eind aan, neem nu de oortjes, oordopjes die je in staat stellen om via je smartphone altijd en overal te genieten van muziek en andere audio. Met een bluetooth-headset kan je comfortabel naar muziek luisteren en AirPods zijn dan de draadloze oordopjes van Apple. DAB+ is de nieuwe manier van radio luisteren, digitale radio via de ether! 


In veel huiskamers was tussen 1970 en 1990 een TV en een stereotoren aanwezig. In 1953 was in België de TV van start gegaan zodat naast klank nu ook beeld kon uitgezonden worden! De radiodistributie die in de grote steden vooral opgang maakte werd stilaan verdrongen door de televisiedistributie en de radiotaks werd uitgebreid tot het kijk en luistergeld. De nadruk ligt tegenwoordig meer op de PC die geleidelijk de rol van de gebruikelijke audio- en videoapparatuur overneemt. In de plaats van de videotoren vinden we nu steeds meer de Home cinema!

Onze trouwe huiskamergenoot de radio in om het even welke uitgave zorgde decennia lang voor geüpdatete nieuwsgaring en ongeëvenaard entertainment.

Waar is de tijd dat Willy Derby in de huiskamers weerklonk : "Daar bij die molen"(1935) of "Twee ogen zo blauw"(1935) of nog "Sara je rok zakt af. Wie heeft dat gedaan" uit 1924, of "Heidewitzka, vooruit geef gas" uit 1937. Iedereen kende de deuntjes van Lou Bandy : "Rats kuch en bonen" of "Wie heeft er suiker in de erwtensoep gedaan"(1939) of nog "M'n tante Veronica, die speelt harmonica", om niet te spreken van "Louise zit niet op je nagels te bijten" van 1946.

Ook Emiel Hullebroeck kwam aan bod met "Tineke van Heule" of het wondermooie "Moederke alleen" maar ook Armand Preudhomme "In de stille Kempen, op de purperen hei"

Van 1936 tot 1957 zat iedereen aan het radiotoestel gekluisterd voor de Bonte dinsdagavondtrein met liedjes en sketches van Snip en Snap door Piet Muyselaer en Willy Walden. Van de eerste klinkt : "Holder de Bolder er zit een koe op zolder" ons nog vertrouwd in de oren!

Het soldatenhalfuurtje en de zondagmorgen de inlichtingen voor de duivenmelkers en na de middag het Opera en Belcanto, het Vlaams radioprogramma onafgebroken van 1946 tot 2000 op Radio I, waren druk beluisterde uitzendingen.

Naast de Belgische zenders werd vooral veel geluisterd naar de Nederlandse Hilversum I gestart in 1919 en Hilversum II gestart in 1924 later AVRO - VARA - NCRV - KRO en andere.

Ook Tino Rossi met "J'attendrai" (1939) door Rina Ketty (1938) en zijn meest verkochte nummer Petit Papa Noël evenals Vico Torriani met "Im Weissen Rössl" of "Du Schwarzer Zigeuner" waren zeer geliefd. Maar ook de Koning van het Belcanto Richard Tauber en Rudolf Schock (Wolgalied) kwamen overvloedig aan bod evenals Marika Rökk. Zarah Leander met haar typische onvergelijkbare diepe stem "Bei mir bist du schön" uit 1938 en bovenal Marlene Dietrich met "Lili Marleen"(1942) of "Sag mir wo die Blumen sind" waren veel gevraagde nummers!

Er werd ook veel gezongen in de huiskamers, bij het dagelijkse werk, de liedjes uit de radio zoals : "Op mijn kloefen" of "Ik heb een huis met een tuintje gehuurd"(1938) waren gemeengoed. Als kind zijn wij opgegroeid met namen als Wim Kan, Kees Pruis, de "grote kleine" Louis Davids, Bob Scholte en later La Esterella, Jan Verbraeken, Kees Brug, Bobejaan Schoepen en zovele anderen! We maakten ook de gouden tijd van de zangcrochets mee! We luisterden met rode oortjes naar Romain Deconinck in de peperbus als Nonkel Miele en naar Willy Lustenhouwer met zijn "Zie je van Brugge"! Met tenslotte de uren luistergenot bij Wim Sonneveld en Toon Hermans als onvergelijkbare woordkunstenaars wil ik hier deze zeer onvolledige ode aan ons dierbare ontvangsttoestel afsluiten dat van louter audio naadloos vergleed in video om wellicht nog ongekende evoluties mee te maken!


Geen opmerkingen:

Een reactie posten