Toen de
katholieke kerk nog over voldoende manschappen kon beschikken was Sint-Laureins
gezegend met niet enkel een pastoor maar ook nog twee onderpastoors ! Deze
laatste zorgden niet enkel voor het geestelijk welzijn maar zetten zich ook in
voor het lichamelijke. Ze leverden mooi werk bij de ontvoogding van de kleine
man ter bestrijding van de armoede, hielpen rechtstreeks en onrechtstreeks bij
de zelfontplooiing van de eenvoudige werkmens en boden hulp bij allerlei
wereldse problemen. Zo waren ze veelal de stimulator bij het oprichten van
allerhande broederschappen, maatschappijen, bonden of verenigingen, en hadden
ze meestal een belangrijke en verantwoordelijke taak in de onderscheiden
besturen, ook op werelds vlak ! We zouden het niet aandurven ze te verdenken
van enige bijbedoeling, maar ze hadden wel overal een voetje in huis !
Ook in
Sint-Laureins bestonden reeds lang vóór de 20e eeuw heel wat
verenigingen zowel op kerkelijk gebied zoals de Xaverianen, de Congregatie van
Jonge Dochters, de Gilde van O.L.Vr. , de Gilde van Sint Sebastiaan, de
Broederschap van de H. Rozenkrans, e.a. , als op wereldlijk gebied zoals de
Muziekmaatschappij, de Pensioengilde, Wielerclub “De Pedaalridders”, de
Toneelbond, de Maatschappij van oud-wapenbroeders, de Schuttersverenigingen,
e.a.
Doch
begin de 20e eeuw kwamen er enkele bij die volgens de verslagen veel
bijval genoten :
De
Matigheidsbond of Onthoudersbond “Oud Leerlingen” een maatschappij tot
bestrijding der sterke dranken. Het doel en belang van de matigheidsgenootschap
betrof het zelfbehoud, gezondheid, ontwikkeling en veredeling van ons Vlaams
volk. Uit noodzaak gesticht tegen het kwaad welke de jeneverplaag in ons land
teweeg bracht. Secretaris was de Heer Onderpastoor. Heel wat volksvoordrachten
werden geprogrammeerd.
Maatschappij
“De Verenigde Landbouwers” Een in 1907 opgerichte sociëteit voor
veeverzekering. Die mits een kleine bijdrage voor aansluiting de leden behoedde
voor groter onheil bij tegenslagen. Leerrijke lezingen stonden op het
programma.
De
“St.Antoniusgilde” of de Sint Laureinse verkensverzekering opgericht in 1905,
maatschappij wettig erkend door het Staatsbestuur op 17.12.1905. Volgens de
officiële opgaven van het jaar 1905 was het aantal bestaande varkens op de
gemeente 2932. Naast de inleggelden bevatte de kas een bijzondere gift van
pastoor De la Croix en van enkele ereleden. Onderpastoor Gordyn was
schatbewaarder.
De
Geitenbond “Wie laatst lacht, best lacht” of de geitenverzekering opgericht in
1910 met als Voorzitter Jules Valcke en als schatbewaarder Onderpastoor Van
Hecke. Elk jaar op kermismaandag was er alhier de jaarlijkse geitenkeuring met
prijskamp. In Vlaanderen heerste in de 19e en 20e eeuw grote
armoede. Door tegenvallende oogsten en de stijgende bevolkingsdruk kende men
hier voor het eerst sinds de middeleeuwen het verschijnsel armoede en
hongersnood. Het is trouwens ook in deze periode dat van 1850 tot 1950 omwille
van de uitzichtloosheid van het bestaan vanuit België zo’n 150.000 landgenoten
naar de USA geëmigreerd zijn. Daar geiten in staat zijn om zich in povere
omstandigheden heel goed te handhaven en voort te planten werden zij vroeger
vaak door arme mensen gehouden in plaats van koeien. Men noemde ze dan ook de
koe van de arme man ! Er waren dan ook talrijke leden en men liet regelmatig
van zich horen : “We melden met genoegen aan de geitenkwekers van het
omliggende dat de bokken van het geitenkweeksyndicaat “De Geitenboer” van
Sint-Laureins, van uitstekende melkgeefsters en kloeke ouders afstammen en uit
de bijzonderste kweeksyndicaten van gans het land gekozen zijn. Tracht dus
gezonde, kloeke, schone en beste melkgeiten te bekomen door Uw geiten te laten
dienen van de bokken uit het syndicaat.” En tevens zorgden ze voor de nodige
reklame in de plaatselijke bladen : Al wie belang stelt in de
veredeling van het geitenras, wie in de toekomst een beste geit, melkgeefster,
begeert, gaat met zijn mieteken naar de puike hertbok van ’t syndicaat. Hij is
gestald bij Aug. Vanden Bussche, wijk Comer ! Weet dat de tweejaarse bok op 29
dezer door de veeteeltconsulent werd goedgekeurd, 85 punten op 100 bekwam en
daarom een bewaarpremie van de Staat zal bekomen !
Het is
duidelijk dat in de strijd tegen de armoede de aandacht meer en meer ging naar
het verzekeringswezen maar daarnaast bleef de bezorgdheid voor de ontwikkeling
en kennisverwerving van de betrokkenen, elk op zijn specifiek gebied, belangrijk.
Daartoe werd elk jaar op de kermisdagen een tentoonstelling gehouden, verbonden
met een prijskamp. Zo werd op 24 en 25 september 1922 tijdens de kermisdagen in
de ondertussen gebouwde St.Michielszaal met medewerking van het gemeentebestuur
het volgende gepresenteerd aan een talrijk opgekomen publiek, met als bekroning
voor elke categorie aan de winnaars met de mooiste exemplaren, gouden, zilveren
en bronzen medailles en getuigschriften : kiekens – konijnen – reisduiven –
ganzen – eenden – parelhoenders – rapen – bieten – wortels – aardappels –
raapkolen – fruit – graangewassen – schoonste pompoen – schoonste verzameling
tuingewas – schoonste verzameling rozen en dahlia’s – schoonste en volmaaktste verzameling aangaande de
kiekenkweek waarbij de 1e prijs ging naar Eerwaarde Zuster Marie Edburge hoofdonderwijzeres te
Sint-Laureins – schoonste en volmaaktste verzameling bijenteelt de Heer Van der
Sickel Jules die gedurende de tentoonstelling aan elk liefhebber uitleg gaf
over het leven der bijen en het houden ervan. De Heer Van der Sickel was de Voorzitter
van de Biebond ofte de Bijenbond. Men kon bij hem terecht voor het lenen van de
verschillende toestellen nodig bij de productie van de honing der bijen. Ook
voor de bestelling van de speciale suiker in de herfst gebruikt voor het
bijvoederen der bijen met suikerwater omdat hun wintervoedsel, de honing, wordt
weggenomen, terwijl honingbijen in landen met een kouder klimaat een soort
winterslaap houden. Eén bijenvolk heeft
ongeveer 12 tot 14 kilo suiker nodig om de winter door te komen. Er waren destijds
nog heel wat imkers in Sint-Laureins die honingbijen hielden voor enerzijds de
bestuiving van vele planten waardoor de bijen dus een rol spelen bij de
voedselvoorziening van de mens en anderzijds voor de productie van honing. Er
zijn naast de honingbij in Vlaanderen ook nog bijna 350 wilde bijensoorten die
planten bestuiven, maar de laatste jaren gaan zowel de honingbijen als de wilde
soorten sterk achteruit door gebrek aan nectarbronnen door minder bloemen,
pesticidengebruik, de klimaatverandering en ook ziekten, parasieten, vijandige
wespensoorten en plagen .
Onderstaande
foto toont een werkbezoek van de Bijenbond bij imker Van Vooren in de
Goochelaar, 13 met naast hem de toen nog jonge Benedictus Raymond Van Vooren,
Onderpastoor Van Hecke, Jules Van der Sickel, Emiel Van Hecke en August Campe.
Vóór
1911 hadden vergaderingen van de verenigingen veelal plaats in de meisjesschool
en op 08.12.1910 waren alle katholieke maatschappijen der gemeente uitgenodigd
vertegenwoordigd te zijn op een vergadering waar o.a. advocaat Ingels voorstelde een
nieuwe Katholieke Vereniging te stichten, samengesteld uit alle katholieke
verenigingen. Dit was ook de aanleiding voor de bouw van een volkslokaal, een
zaal der katholieke verenigingen, de Sint-Michielszaal welke na 8 maanden klaar
was en waarvan de opening voorzien was op 2e Kerstdag van 1911
waarbij het inhuldigingsfeest plaats had op zondag 28.04.1912. Op 7 mei 1911
had de eerste algemene vergadering plaats van de nieuwe Katholieke Vereniging
toen nog in de meisjesschool met als gastsprekers provinciale raadsleden
Verhaegen en Vandermotte die uitleg gaven over de Schoolwet en de plannen der
regering met het oog op de komende verkiezingen, werden er 8 afgevaardigden aangeduid
bij de arrondissementsbond te Eeklo voor de katholieke volkspartij en werd de
Volksboekerij opgericht die gehuisvest zou worden in de kantschool van het
klooster ! Het bestuur zag eruit als volgt : Erevoorzitters pastoor Van
Havermaet en burgemeester De Meulemeester, Ereondervoorzitters notaris
Verstrynghe en I. Huyghe, Voorzitter
advocaat Ingels, Ondervoorzitters Hon. De Vos en Aug. Vanderostijne,
Schatbewaarder U. De Keyzer en Schrijver Pr. Van Hijfte.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten